Geen categorie

Tota pulchra es… Je bent volmaakt mooi

Door Wytske Jónás, 24 mei 2021

Tota pulchra es, amica mea, et macula non est in te (Je bent volmaakt schoon/mooi, mijn vriendin, en er is geen smet in jou).”

Deze zin komt uit het Bijbelse Hooglied dat volgens de overlevering door de wijze koning Salomo geschreven werd.

Deze pinksterdagen leken mij een mooi moment om, geïnspireerd door deze woorden, een bespiegeling te schrijven over het licht van Schoonheid en Heiligheid dat onze wereld binnenstroomt. Want hoewel we vaak met onze zuivere spirituele antennes haarfijn kunnen aanvoelen wat deze woorden in het goddelijke licht bezien betekenen, blijkt het toch nog helemaal niet makkelijk te zijn om dit in aardse taal uit te drukken.

Ik neem je daarom graag mee aan de hand van deze zin uit het Hooglied, en hoop daarbij dat het licht en de hemelse inspiraties van de goddelijke attributen Schoonheid en Heiligheid (nog) dieper je hart mogen binnenkomen om zo je pad naar heelheid te voeden.

Goddelijke wijsheid via het Hart

Om te beginnen: al sinds de klassieke oudheid wordt er veel over de termen Schoonheid en Heiligheid gefilosofeerd en geschreven door o.a. filosofen, kunsthistorici en theologen. Dit laat ik hier echter allemaal even buiten beschouwing, omdat ik graag de mystieke weg naar het ontvangen van goddelijke kennis open. Daarin ben ik overigens net zo feilbaar als anderen die dit pad (of een ander pad) bewandelen om tot goddelijke kennis te komen. Zodra we daarvoor openstaan, worden we allen op onze eigen manier ingewijd én getest in deze kennis, op een manier die bij ons past.

De weg die ik bewandel, is de weg van het Hart. Het is een heel vrouwelijk pad, waarbij de goddelijke wijsheid diep in ons eigen lichaam ervaren wordt -van de poriën in onze huid tot in het merg van onze botten. Zij bereikt haar absolute weidsheid en volle omvang in de weidse en volle ruimte van het hart.

Hier, in dit Hart, weet zij dat zij aan God gelijk is en dat er geen grens bestaat tussen het goddelijke en niet-goddelijke. Ook weet zij dat haar vermogen om lief te hebben net als dat van God eindeloos en grenzeloos is. Want net zoals de openheid wel het dichte kan omvatten maar het dichte de openheid niet, weet zij dat het goddelijke het niet-goddelijke alleen maar meer hoeft te doordrenken met haar goddelijke vibraties opdat het niet-goddelijke zich haar eigen goddelijkheid weer herinnert. En hoewel het niet-goddelijke in onze wereld alomtegenwoordig lijkt, hoeft zij alleen maar met de ogen van het hart te knipperen om het goddelijke weer te zien, omdat een druppel hiervan altijd bij haar is achtergebleven.

Tot dan heeft zij slechts haar deuren en ontvankelijkheid voor het goddelijke gesloten uit eigen vrije wil; de deuren van het goddelijke blijven echter altijd voor haar open, omdat de herinnering aan thuis voor de ziel ook de geleidelijke terugkeer naar huis in zal gaan luiden. Het werkelijke Thuis waar we allemaal vandaan komen en waar we allemaal naar terugkeren. Al lijkt het voor de zieners en mystici onder ons soms een oefening in geduld, om dit in de wereld om ons heen te zien voltrekken. Het vraagt van ons standvastigheid en vertrouwen, niet alleen om dit voor de mensheid hoog te houden, maar ook omdat we juist nu getuigen zijn van vele processen van opschoning om ons heen.

Terug naar de Schoonheid en de Heiligheid: in de Latijnse zin uit het Hooglied lijken deze twee goddelijke attributen samen te gaan: tota pulchra… macula non est (volmaakt mooi… er is geen smet). Schoonheid lijkt samen te gaan met vlekkeloosheid, gaafheid en onaangetast of onaantastbaar zijn. Met zuiverheid en heelheid. Van hieruit de brug naar heiligheid slaan is niet moeilijk, omdat de woorden heelheid en heiligheid met elkaar verwant zijn (in onze taal althans).

Deze Schoonheid en Heiligheid hebben weinig van doen met onze aardse normen en criteria, omdat deze laatste immers cultureel en socio-historisch bepaald lijken: elke tijd en elke cultuur lijken andere ideeën over schoonheid en heiligheid te hebben.

De goddelijke Schoonheid en Heiligheid hebben echter weinig op met deze aardse maatstaven en zijn zelfs voor onze uiterlijke zintuigen niet vanzelfsprekend herkenbaar. Zij zijn veeleer een trilling, een vibratie die wij door innerlijke training en afstemming steeds beter leren herkennen. Eerst en vooral omdat zij diep in ons binnenste iets teweeg brengt. Ze brengt een bepaald gemoed tot stand, als een goddelijke stemvork die een gevoelige snaar in ons wezen in trilling brengt.

Zo kan het ervaren van Schoonheid een heilige ervaring worden, wanneer zij diep in ons wezen gevoelens van ontzag, bewondering, verwondering, liefde en/of vreugde opwekt en wanneer wij deze ervaring niet vanuit ons ego verstoren. Dat wil zeggen wanneer wij haar niet ‘besmetten’ (bezoedelen) met onze verlangens en impulsen van hebberigheid of begerigheid. We blijven in plaats daarvan bij ons gevoel van geraakt zijn en maken dieper verbinding met dit gevoel in onszelf om dichter bij onze wezenskern te komen. Zo wordt schoonheid een innerlijke mystieke ervaring, in plaats van dat we ons dat willen toe-eigenen.

Om een voorbeeld te geven: we worden vervuld van diepe liefde bij het ervaren van schoonheid in de natuur, bijvoorbeeld een mooie bloem of een sereen plekje bij het water. Alles hieraan lijkt perfect of volmaakt in harmonie te zijn. En hoewel het in eerste instantie onze uiterlijke zintuigen lijken die aangeraakt worden, beseffen we dat de ervaring op dat moment diep in onszelf doorwerkt. Er is een innerlijk weten dat wij de volmaakte harmonie van dat moment, van die bloem en die plek, kunnen eerbiedigen of verstoren, en kunnen heiligen of ontwijden afhankelijk van hoe wij handelen.

Een heilige dans

Schoonheid en Heiligheid voeren precies op dit moment in onze harten een dans voor ons op: zij nodigen ons uit om in vervoering mee te gaan in een opwaartse spiraal naar onze ‘higher calling’: de herinnering aan onze eigen schoonheid en heiligheid die op dat moment misschien wel diep vanbinnen verstopt zitten. In een enkel ogenblik herinneren we ons onze inherente puurheid en zuiverheid, bijvoorbeeld toen we klein waren of wanneer we rechtstreeks de verbinding met onze ziel maken. Het uiterlijke schone dient als een spiegel voor het innerlijke (vergeten) schone.

Schoonheid wordt dan voor ons heilig en het heilige wordt in onze ogen schoonheid. In die zin voert de schoonheid ons (terug) naar het heilige en het goddelijke; de stemvork die uit haar voortkomt is er een die ons uit onze sluimer ontwaakt en die verheffend werkt voor onze ziel.

Ons hart fleurt open, net als de bloem die we met onze uiterlijke én innerlijke zintuigen beschouwen. Of die prachtige plek aan het water, of welke situatie dan ook die ons met haar schoonheid raakt. En we heiligen dit moment, door met onze energie uit die volmaakte harmonie te blijven. Omdat we haar niet willen verstoren, en omdat we voelen dat ze heilig is juist omdat ze zo puur is.

Ons hart bloeit open, zelfs wanneer er in eerste instantie tranen komen. Het is de inwerking van het goddelijke, het eeuwige, op het tijdelijke en vergankelijke deel van onszelf. Tranen zuiveren en maken schoon- het is een innerlijke catharsis. Het hart verzacht; het hart voelt verdriet en herinnert zich haar oorspronkelijke zuiverheid, heiligheid en heelheid. Zo mooi dansen schoonheid en heiligheid samen hun dans: zij zijn zuiver op elkaar afgestemd.

Hetzelfde licht in jodendom, christendom en islam

Op ieder moment kunnen we deze schoonheid en heiligheid, dat wil zeggen deze puurheid en zuiverheid, terug ‘verdienen’. Dat is een geleidelijk proces van uitzuiveren van al onze aardse gedachten, intenties, gevoelens en handelingen onder leiding van ons hart. En het verheffen van ons menselijke bewustzijn naar het goddelijke eenheidsbewustzijn, van waaruit we ervaren dat alles één is, voortkomend uit dezelfde eindeloze liefde van God (deze twee processen gaan overigens hand in hand). Het is wat ik graag het opbouwen van ‘the Temple Holy and Beautiful’ noem en het weven van ons volmaakte lichtkleed. Of ook wel het wassen en opnieuw wit maken van onze gewaden (Openbaringen).

Het mooie is, dat deze symboliek niet bij één bepaalde stroming en religie voorkomt. Zij stroomt als een purperen gouden draad door o.a. de drie abrahamitische godsdiensten (jodendom, christendom en islam). Een paar jaar geleden zag ik in een visioen hoe deze religies een kring om mij heen vormden en ik gedragen en gebaad werd in het goddelijke licht van de Schoonheid en Heiligheid, die deze religies doorstroomt. Het was één en hetzelfde licht dat door mij heen begon te stromen; ook was het een van mijn roepingen om dit bewustzijn en dit licht te helpen uitstralen en zo op die manier alles wat niet zuiver, heilig en schoon was wat deze religies door de tijd hebben uitgedragen, mede te helpen zuiveren. Want de goddelijke boodschap is altijd dezelfde gebleven, en steeds opnieuw door grote profeten en meesters in herinnering gebracht, alleen is het menselijke bewustzijn feilbaar en nog niet goddelijk genoeg om dit te bevatten en zuiver door te geven.

Zowel in jodendom, christendom en islam worden Schoonheid en Heiligheid als wegen naar het goddelijke gezien, ontdekte ik toen ik me na dit visioen wat meer hierin ging verdiepen. Schoonheid is een van de namen van God en een toegangspoort naar het goddelijke Volmaakte Wezen en ons wordt gevraagd om onszelf te heiligen -opdat wij terug kunnen keren naar en opnieuw één kunnen zijn met dit Volmaakte Wezen.

We zijn dit vaak alleen vergeten; zo zijn we bijvoorbeeld gaan geloven dat de schepping van de mens de kroon is van Gods schepping, omdat dit op de zesde en laatste dag gebeurde. Echter, de belangrijkste dag volgens de bijbel is juist de dag erna, de zevende dag (shabbath betekent letterlijk ‘zevende dag’): de dag waarop God rustte en die Hij/Zij ook ons opdroeg om te heiligen, om zowel te rusten als op het wonder van de schepping te mediteren, en het loflied hiervan niet alleen te ervaren, maar ook verder te verspreiden (want zo kunnen wij medescheppers worden).

Op die dag gedenken we ons ware Thuis en dat we tijdelijk in deze wereld zijn om mooie werken te doen en te leren over onze eigen goddelijkheid. Dat slechts een sluier ons scheidt van de goddelijke sferen en dat deze laatste letterlijk een ‘heartbeat away’ is: door met ons hart te bidden, spinnen we de zuivere, heilige goddelijke trilling weer door ons wezen heen; we heffen ons dan in ons hart opnieuw op naar dat wat volmaakt mooi en zonder smet is.

Dit laatste, zonder smet, verwijst natuurlijk naar de voortbrengselen van ons menselijk bewustzijn: onze onzuivere gedachten, intenties, handelingen, verlangens en versluierde gevoelens. Dat wat opstijgt naar God moet dit alles laten vallen en niet gehecht hieraan zijn- dat is wat bedoeld wordt met smetteloos. Het is de zuivere weerspiegeling van onze oorspronkelijke puurheid.

Een gebrek aan Schoonheid en Heiligheid

Er zijn mensen voor wie de goddelijke Schoonheid en Heiligheid pijn doen. Zij hebben hun hart gesloten omdat de wonden te diep zitten. Ze nemen deze schoonheid en heiligheid niet meer waar of willen hen zelfs onderuithalen of aanvallen. Het is echter belangrijk om voor deze mensen compassie en liefde te blijven voelen. Een wereld waarin schoonheid en heiligheid aangevallen worden, laat namelijk des te duidelijker zien dat het deze kwaliteiten juist ontbeert en heel hard nodig heeft.

Foto door Gé-Jan van Leeuwen

Om een voorbeeld te geven: zwanen zijn prachtige dieren die een goddelijk veld van schoonheid en zuiverheid dragen en in ons leven brengen. In de buurt waar ik woon zijn in korte tijd echter verschillende zwanen gewond geraakt door loslopende honden (waar ze niet losgelaten mochten worden) en sommige zwanen zijn er zo erg aan toe dat ze pas na weken revalideren teruggezet kunnen worden bij hun nest (waarvan de eieren helaas dan ook niet meer uitkomen). Uit andere verhalen uit de regio hoor ik dat de zwanen het niet overleefd hebben. Dit raakt mij natuurlijk, temeer daar ik een grote liefde voor en bijzondere verbinding met zwanen voel.

Tegelijkertijd weet ik dat de zwanen en de wereld niet geholpen zijn met mijn oordeel of boosheid over deze mensen; sterker nog: wanneer we het smalle en steile pad van ascentie bewandelen, leren we dat we heel zorgvuldig en verantwoordelijk moeten omgaan met de goddelijke energieën die we ontvangen voor de wereld. Wanneer we ons in boosheid en oordeel laten meeslepen, verspillen we dat licht en geven het weg aan de ‘tegenkrachten’ die de terugkeer van het goddelijke in onze wereld tegenhouden (dit creëert opnieuw karma en zorgt ervoor dat de toevoer van goddelijke frequenties gestaakt kan worden wanneer blijkt dat de tegenkrachten hierdoor sterker worden).

Hoewel het mijn eerste reactie was om de crowdfunding-actie voor de operatie en revalidatie van de zwanen op Facebook te delen, heb ik besloten dit toch niet te doen omdat ik op andere plekken zag hoeveel boosheid en oordelen dit in de reacties van mensen opleverde. Een aantal van hen wilde persoonlijk de hondeneigenaars ter verantwoording roepen en zelfs geweld aandoen. Het bewustzijn van deze reagerende mensen is echter nog niet voldoende geopend om de spiegels te herkennen die hun boosheid en verdriet in henzelf oproepen. En hoe compassie voor de betrokken hondeneigenaars hun hart zou kunnen verzachten en openen voor het eerbiedigen van de schoonheid en heiligheid om hen heen. En dit geldt voor iedere situatie waarin schoonheid en heiligheid als weg naar het goddelijke worden afgesneden en versperd.

Weerglans van het eeuwige licht, een vlekkeloze spiegel

Tot slot: Tota pulchra es, amica mea, et macula non est in te… deze zin heeft natuurlijk ook betrekking op de heilige Maria. Jammer genoeg zijn de woorden ‘macula non est in te’ en ‘immaculata conception’ door de tijd heen al te eenzijdig uitgelegd en enkel betrekking hebbend op de fysieke maagdelijkheid/ongereptheid van Maria en haar moeder. De hele spirituele en symbolische duiding is buiten beschouwing gelaten. Immaculata (onbevlekt) verwijst dan in deze bredere context naar zowel de zuivere en oorspronkelijk toestand van vóór de aanraking met de dualiteit van deze wereld als naar de toestand waarin de ziel buiten en binnen, licht en donker, man en vrouw en het duale (de twee) weer één heeft gemaakt. Haar gewaad is weer zuiver wit geworden.

Een van de mooiste beeltenissen van Maria is die uit het Lam Gods van de gebroeders van Eyck. Haar hoofd is hier omkranst met Latijnse woorden die in vertaling het volgende weergeven: “Zij is mooier dan de zon en heel het leger der sterren, en met het licht vergeleken is de voorrang aan haar. Zij is de weerglans van het eeuwige licht, een vlekkeloze spiegel van Gods kracht, het beeld van Zijn/Haar volmaaktheid.”* Merk op hoe hier de begrippen schoonheid (weerglans) en heiligheid (vlekkeloos) weer dicht bij elkaar liggen.

Schoonheid en Heiligheid zijn innig verbonden met elkaar en in een wervelende spiralende dans weten ze niet alleen ons hart te raken en te openen, maar onze ziel eveneens in vervoering te verheffen tot het ervaren van het goddelijke Wezen. Schoonheid en Heiligheid zijn daarmee een niet te onderschatten pad naar verlichting, bevrijding, vervolmaking of wat we ons ook maar tot doel gesteld hebben. Volgens de meesters van de Broeder- en Zusterschap** zijn zij zelfs een snelweg naar het goddelijke bewustzijn, juist omdat zij ons zo kunnen verheffen. Door ons bewustzijn voortdurend ‘hoog’ te houden en ons (geestelijk) te voeden met Schoonheid en Heiligheid, kunnen we versneld onze aardse lichamen uitzuiveren en zo ons stralende lichtkleed eerder tevoorschijn laten komen.

Noten:

*Naar ‘Het Lam Gods -van Eyck-, Kunst, geschiedenis, wetenschap en religie’, Universiteit Gent 2019. 

**zoals doorgegeven door Tatyana Mickushina in meerdere van haar boodschappen.

Bericht bekijken

Reacties uitgeschakeld voor Tota pulchra es… Je bent volmaakt mooi